Zuster Monique getuigt over een moeilijk gevecht tegen armoede en ongelijkheid.

In Madagaskar, één van de armste landen ter wereld, ontmoeten we zuster Monique. Zij is directrice van een beroepsschool van de zusters van Don Bosco in Ivato, nabij de hoofdstad Antananarivo. Al vele jaren wordt de school pedagogisch en financieel ondersteund door VIA Don Bosco. Jaarlijks krijgen bijna 350 kwetsbare jongeren een opleiding in snit en naad, boekhouden, secretariaat, kapper-esthetiek of hotel-keuken-patisserie. Streng maar rechtvaardig, zo zouden we zuster Monique in drie woorden omschrijven. We vroegen haar naar de positie van de vrouw en het onderwijs in haar land.


HOE IS DE LEVENSSITUATIE IN MADAGASKAR?

Madagaskar is een eiland en de mensen hebben ook de mentaliteit van eilandbewoners: we zijn aan ons land gehecht, ondanks de moeilijkheden en de armoede waarin we leven. We zien dat de armoede in Madagaskar elk jaar toeneemt.

Mijn ouders leefden ook in armoede, maar we hebben nooit honger geleden en alle acht kinderen hebben kunnen studeren. Vandaag is dat niet meer mogelijk. Gezinnen komen niet meer rond en zien echt af. De middenklasse van toen is er niet meer, de kloof tussen arm en rijk is enorm. Een deel van de rijkdom van het land verdwijnt bovendien in de zakken van politici.

"Onze politici proberen de armoede te verbergen voor de buitenwereld”

Onze politici proberen de armoede te verbergen voor de buitenwereld. Een mooi voorbeeld: enkele jaren geleden waren we gastland van een groot evenement van La Francophonie, een internationale organisatie die

Franstalige landen en regio’s vertegenwoordigt. De bevolking kreeg van de overheid een verbod opgelegd om op straat te verkopen, karren te trekken of om zonder schoeisel op straat te lopen. Dit terwijl veel mensen in het dagelijkse leven op blote voeten lopen, met als gevolg dat heel wat leerlingen niet naar school konden gaan.

WE ZIEN DAT GEZINNEN IN MADAGASKAR DOORGAANS VEEL KINDEREN HEBBEN. VERGROOT DIT DE FINANCIËLE PROBLEMEN VAN DE BEVOLKING?

Dat is zeker een factor. Het is eigenlijk een vicieuze cirkel: mensen maken veel kinderen omdat die al snel kunnen gaan werken om geld te verdienen. Kinderarbeid is hier common sense. Aan de andere kant is er veel armoede door gebrek aan onderwijs, omdat kinderen werken in plaats van naar school te gaan. Een andere bepalende factor voor de armoede is dat heel wat mannen veel drinken. Het weinige dat ze verdienen spenderen ze liever op café, dan aan het gezin.

WAT IS DE PLAATS VAN DE VROUW IN DE MAATSCHAPPIJ?

Een vrouw wordt behandeld als een meubel: je kunt er gebruik van maken, maar als je ze niet meer nodig hebt, kun je ze weggooien. Het is een trieste realiteit. Enkel onderwijs kan daar verandering in brengen. Op 8 mei, Internationale Dag van de Vrouw, doe ik niet mee aan symbolische activiteiten, maar laat ik alle meisjes naar school komen om te studeren. Alleen zo leren ze opkomen voor hun rechten. Er is nog veel werk aan de winkel betreffende de gelijkheid tussen man en vrouw.

“Eerst dacht ik dat salesiaanse opvoeding bij onze jongeren niet zou werken. Maar dat doet ze wèl!”


JE VOLGT DE PEDAGOGIE VAN DON BOSCO. WAT MAAKT DIE ZO BIJZONDER?

Toen ik er voor het eerst mee in aanraking kwam, dacht ik dat die onmogelijk te implementeren was in de context van Madagaskar. De pedagogie van Don Bosco is gebaseerd op de liefde voor jongeren, om hen van daaruit te sturen in de juiste richting. Ik dacht dat jongeren daarvan gingen profiteren. Maar het tegendeel is waar! Als jongeren zich geliefd voelen en voelen dat we hen vertrouwen, dan werken ze goed, en proberen ze het goede te doen.

Ik ben veeleisend. In het begin schrokken leerlingen daarvan. Ze waren het niet gewoon. Ik begin altijd met stiptheid en accepteer niet dat leerlingen te laat komen. Want als ze op hun werk geregeld te laat komen, worden ze buitengezet en dat wil ik vermijden. Hetzelfde voor hun kledij: leerlingen moeten zich correct kleden want als ze solliciteren, kan dàt doorslaggevend zijn. De pedagogie van Don Bosco helpt daar enorm bij. Als leerlingen vertrouwen voelen, en voelen dat alles gebeurt voor hun eigen goed, dan accepteren ze dat we veeleisend zijn.

WAT IS JOUW VISIE OP DE TOEKOMST VAN MADAGASKAR?

Ik reken op de jongeren van vandaag. Zij kunnen het land ten goede veranderen. Ze zijn intelligent en weten zich te redden. Ze moeten alleen omkaderd worden door goede opvoeders of leerkrachten. Daarom zijn wij vooral actief in het onderwijs. We zien al dat jongeren zich bewust zijn van hun potentieel. Dat geeft hoop.




Bron: Don Bosco Vlaanderen 2019/3