Giovanni 'Don' Bosco is een Italiaanse priester die leefde in de 19e eeuw. Zijn levenswerk begon onder straatjongens in Turijn en breidde zich al snel uit tot buiten de landsgrenzen. Don Bosco's pedagogiek was uniek voor de tijd waarin hij leefde en had een zichtbaar positief effect op de ontwikkeling van jongeren. Vandaag geldt zijn aanpak nog steeds als basis voor de pedagogische visie van onze organisaties. We nodigen je uit om Don Bosco te leren kennen aan de hand van onderstaande tijdlijn.

1815

Giovanni wordt geboren

In Becchi, een klein gehucht van het Noord-Italiaanse Castelnuovo d’Asti, een gemeente in de buurt van Turijn, wordt Giovanni Bosco op 16 augustus 1815 geboren. Hij is de jongste zoon van Francesco Bosco en Margherita Occhiena. Het gezin van vijf is arm en leeft van wat het werk op de kleine boerderij hen opbrengt.

Musio2

1817

Vader sterft

Op 12 mei 1817 - Giovanni is dan nog geen twee jaar oud - sterft zijn vader. Er breekt een harde en moeilijke tijd aan voor Mama Margherita. Ze moet de eindjes aan elkaar knopen en hoewel ze het zelf niet breed heeft, blijft de deur altijd openstaan voor mensen in nood. Bedelaars en armen die aankloppen, vertrekken nooit met lege handen.

Musio7

1818

Werken op het land

Ook voor Giovanni is het geen leuke tijd. Hij moet samen met zijn twee broers op het land werken en hoewel hij zijn best doet, droomt hij luidop van een ander bestaan: een leven als priester. Giovanni's oudste broer Antonio verzet zich tegen deze keuze en zware ruzies blijven niet uit. Na een stevig conflict besluit Giovanni het huis te verlaten.

Musio12

1824

Altijd studeren

Dankzij de nieuwe onderwijswet en zijn ontmoeting met Don Calosso krijgt Giovanni de kans om naar school te gaan. Het leer- en leesgierig kereltje leest alle boeken die hij krijgt en zelfs in de zomer schoolt hij zich bij. Hij loopt rond op de jaarmarkt, bewondert de marktkramers, leert goocheltrucs en wordt zelfs een echte circusartiest.

Musio10

1831

Naar Chieri

Ook al is hij verstandig, door de omstandigheden kan Giovanni pas op zijn vijftiende de lagere school afmaken. Hij vertrekt meteen naar de naburige stad Chieri om er aan het secundair onderwijs te beginnen. Giovanni probeert met allerhande klusjes zoveel mogelijk bij te verdienen om zo de kosten voor zijn studie te kunnen drukken.

Musio16

1835

Priesteropleiding

Na het secundair onderwijs komt Giovanni voor het moment te staan waarop hij keuzes moet maken. Hij is 20 jaar wanneer hij aan het seminarie van Chieri aan de priesteropleiding begint. Het leven is er streng, maar gelukkig­ kan hij rekenen op de steun van zijn vrienden. Giovanni wil later een andere priester zijn, dat beseft hij dan al.

Musio20

1841

'Don' Bosco

In 1841 wordt Giovanni in Turijn priester gewijd. Hij is 'Don' Bosco geworden. Hij studeert nog verder aan het Convict, wat een radicale ommekeer in zijn leven betekent. Don Bosco komt voor het eerst in contact met de 'arme en verlaten' jongeren van Turijn en wordt tot in zijn wortels geraakt.

Musio18

1842

Eerste oratorio

De armoede van deze jongeren ligt volgens Don Bosco niet alleen op het financiële terrein; het ontbreekt hen ook aan een degelijke morele en religieuze vorming. Via tal van publicaties - leesbaar voor jeugd en het gewone volk - probeert hij daar iets aan te veranderen. Samen met enkele andere priesters start Don Bosco met het oratorio.

Musio23

1846

Valdocco roept

Voor Don Bosco is het oratorio een plaats waar jongeren thuis kunnen komen, catechese krijgen, een beroep kunnen leren en naar hartenlust kunnen spelen en ravotten. Na een vermoeiende en moeizame zwerftocht vestigt Don Bosco zich definitief in een loods in Valdocco. Het is dan Pasen 1846.

Musio27

1853

Oratorio in groei

Het oratorio groeit snel en het duurt niet lang vooraleer Don Bosco een tweede oratorio opricht. In 1853 opent hij zelfs zijn eigen werkplaatsen. Bij Don Bosco rijpt stilaan het idee om een eigen congregatie op te richten: zo kan hij zijn eigen jongens tot geschikte medewerkers opleiden. Geen gemakkelijke opdracht, maar Don Bosco houdt vol.

Musio40

1856

Mama Margherita sterft

Don Bosco's werk is in volle groei: de jongeren krijgen volwaardige opleidingen, steeds meer volwassenen worden betrokken en zijn faam reikt steeds verder. Toch is 1856 vooral een pijnlijk jaar voor Don Bosco. Mama Margherita, die haar zoon veertien jaar lang had geholpen bij het werk in het oratorio, sterft in Valdocco.

Musio31

1859

Congregatie is een feit

Paus Pius IX stuwt Don Bosco steeds meer in de richting van een religieuze congregatie en in 1859 is het eindelijk zover: de Salesiaanse Sociëteit wordt geboren met Giovanni Bosco als eerste Algemeen Overste. Het is uiteindelijk pas vele jaren later, in 1874, dat de sociëteit officieel erkend wordt als zelfstandige congregatie.

Musio45

1863

Verder dan Turijn

Het werk van Don Bosco bloeit volop in Turijn en samen met zijn werken groeit ook zijn faam. Al snel komt de vraag om ook op andere plaatsen gelijkaardige werken te beginnen. In 1863 is het zover: in Mirabello Monferrato opent een eerste huis buiten Turijn: een kleinseminarie voor jongeren die zich willen voorbereiden op priesterstudies.

Musio35

1864

Zusters van Don Bosco

Wanneer Don Bosco in 1864 het Italiaanse stadje Mornese bezoekt, komt hij in contact met Maria Mazzarello. Ze vinden elkaar al snel in dezelfde droom: het werk dat Don Bosco voor jongens verricht, ook voor meisjes realiseren. In 1872 is de congregatie van de Dochters van Maria Hulp der Christenen een feit, Maria Mazzarello wordt de Algemeen Overste.

Musio43

1875

Eerste missionarissen

De congregatie telt reeds 250 leden en is algemeen bekend. De tijd is dan ook gekomen om de blik buiten de grenzen van Italië te richten. Het eerste huis in het buitenland wordt in 1875 in Nice geopend, in datzelfde jaar zendt Don Bosco de eerste salesiaanse missionarissen uit naar Buenos Aires (Argentinië).

Musio44

1883

Fysieke achteruitgang

Vanaf 1883 takelen de fysieke krachten van Don Bosco af. Hij voelt zich stilaan een oude man die 'opgeleefd' is. Hij blijft wel 'vader' van de congregatie, maar geeft steeds meer werk uit handen. In 1884 duidt hij Michele Rua aan als zijn toekomstige opvolger. In 1887 gaat Don Bosco voor het laatst naar Rome, helemaal uitgeput en half blind.

Musio46

1888

Don Bosco sterft

In 1888 sterft Don Bosco. Hij roept zijn medebroeders op om de oorspronkelijke geest van het oratorio niet te verliezen, want "de ziel mag niet verloren gaan als de congregatie steeds groter wordt." In de ochtend van 31 januari 1888 sterft hij op zijn kamer in Valdocco. Op dat ogenblik zijn er bijna 750 salesianen werkzaam in 9 landen.

Musio47

1891

Eerste huis in België

Ook na de dood van Don Bosco blijft de congregatie groeien. In 1891 komen de eerste salesianen - en later ook de zusters - naar België (Luik). Vijf jaar later opent in 1896 het eerste huis in Vlaanderen (Hechtel). In 1898 beginnen de salesianen ook met een werk in Nederland (Lauradorp). Het is de start van Don Bosco’s droom in onze regio.

Musio21

2023

Blijven groeien

Het eerste oratorio van Don Bosco is intussen uitgegroeid tot een wereldwijde congregatie. Enkele cijfers:

  • zo'n 14.000 salesianen in 134 landen,
  • zo'n 12.500 zusters in 94 landen,
  • 32 officieel erkende groepen van de Salesiaanse Familie met zo'n 400.000 leden,
  • ontelbare medewerkers en vrijwilligers die werken volgens Don Bosco.
Musio50